By Luke Sumpter


Wiet is een unieke soort in het plantenrijk. Er bestaan geen andere planten die zoveel cannabinoïden produceren en het is lastig om een andere plant te vinden die zo uitgesproken geurt. Daarnaast zijn er maar weinig planten die zo'n enorme impact op de menselijke cultuur hebben gehad. De wietplant wordt volop benut, als industrieel gewas, maar ook voor holistische en recreatieve doeleinden.

9 planten die op de wietplant lijken

Ondanks de vele exclusieve eigenschappen deelt de wietplant echter ook aspecten van haar uiterlijk met een aantal andere plantensoorten. Cannabis ziet er opvallend uit, maar er bestaan wel degelijk andere planten met een vergelijkbare bladstructuur of stelen. Voor de kenner zijn de verschillen overduidelijk, maar niet-ingewijden zullen versteld staan. Met dat in het achterhoofd, bieden deze planten geweldige camouflage als je buiten wiet kweekt!

Maar voordat je een sprintje trekt naar de tuin om deze planten een plekje te geven, moet je wel weten dat deze plantensoorten de geur van de terpenen van je wietplanten niet verbergen. Ook kunnen je buren ze verwarren met wiet en dan juist de politie bellen. Maar als je denkt dat deze dubbelgangers een waardevolle aanvulling zijn op je tuin, moet je snel doorlezen. Daarnaast zijn deze planten erg leuk om te kweken, vooral als je wel wiet wilt telen, maar dat niet mag.

  • Scharlaken hibiscus (Hibiscus coccineus)

Wil je de elegantie van wiet toevoegen aan je tuin, zonder overweldigende geuren of risico op vervolging? Dan is scharlaken hibiscus een geweldige optie. Deze robuuste soort behoort tot de familie Malvaceae en groeit in de zuidoostelijke kustgebieden van de Verenigde Staten. De plant floreert in moerassen, watergebieden en greppels. Ze bereikt een hoogte van 180-240cm en dat is veel groter dan de meeste indica-achtige en autoflowering strains, maar ze kan wel gemakkelijk voor een torenhoge sativa doorgaan.

Scharlaken hibiscus is een meerjarige plant. Het bovengrondse deel sterft af als de eerste vorst zich inzet, maar het komt in de lente vanzelf weer op. De soort produceert prachtige bloemen met vijf aparte bloembladen die in de smaak vallen bij belangrijke bestuivers, zoals vlinders en bijen. Daarnaast ontwikkelt de plant ook grote bladeren (12-15cm breed) die dankzij de lange, uitgesproken bladvingers erg op wietbladeren lijken.

Ondanks dat ze enkele visuele kenmerken deelt met de wietplant, zijn er ook belangrijke verschillen. De kenner kan scharlaken hibiscus daarmee gemakkelijk onderscheiden. De meeste wietbladeren hebben namelijk 7-9 bladvingers, terwijl de bladeren van scharlaken hibiscus er slechts 5 hebben (3 grote en 2 kleine). Sommige variëteiten van de soort ontwikkelen ook kleine, slanke bladeren die nauwelijks op die van de wietplant lijken. Andere planten van deze soort krijgen dieprode stengels, waardoor het verschil direct duidelijk is.

Als deze plant in je tuin staat, moet je het volgende weten. Scharlaken hibiscus houdt van natte voeten (ze komt tenslotte uit een moeras), dus zorg dat je voldoende water geeft, vooral in de zomer. Hoewel het bovengrondse deel afsterft in de winter, overleeft het wortelsysteem. Voeg in de herfst een dikke laag mulch toe om de grond te isoleren en vocht vast te houden.

Scharlaken hibiscus (Hibiscus coccineus)
  • Huacatay (Tagetes minuta)

Huacatay, ook wel 'Zwarte munt' of 'Wilde afrikaan', lijkt van dichtbij niet echt op de wietplant. Maar van een afstandje kun je dit lid van de Asterfamilie gemakkelijk voor een slungelige sativa aanzien. Deze half-winterharde, eenjarige plant is inheems in het zuidelijke deel van Zuid-Amerika. Maar toen de Spanjaarden de regio bezochten, namen ze de plant mee, waardoor ze de hele wereld overging, van Noord-Amerika en Europa tot Afrika.

In de Andes heet het kruid 'Wacatay' of 'Huacatay'. Mensen in deze regio gebruikten het traditioneel als keukenkruid. Je vindt het ook vaak in lokale supermarkten in de vorm van een gebottelde pasta. Maar niet iedereen reageert goed op het kruid en bij sommige mensen kan het huiduitslag en fotodermatitis veroorzaken.

Dat is allemaal heel interessant, maar wat is de overeenkomst met de wietplant? Vanaf een afstandje geven de lange en smalle stengels en puntige bladeren de plant het uiterlijk van een weelderige sativa-soort. Als je echter dichterbij komt, zul je de duidelijke verschillen kunnen onderscheiden, vooral als je naar de blaadjes kijkt. Bij de wietplant steken de bladvingers allemaal uit hetzelfde blad, maar de bladeren van Huacatay zijn eigenlijk kleine, individuele blaadjes die aan de stengel zitten. Deze soort bloeit bovendien in oktober en produceert dan kleine, witte bloemen, die totaal niet op de bolvormige toppen van wietplanten lijken.

Wil je zelf Huacatay kweken? Kiem de zaden dan binnen in februari of in mei in de buitenlucht. Het kiemen duurt ongeveer twee weken. Als de planten groot genoeg zijn, kun je ze in wat potgrond zetten. Kies daarbij een plekje in de volle zon.

Huacatay (Tagetes minuta)
  • Hennepbladstokroos (Hibiscus cannabinus)

Hennepbladstokroos, ook wel bekend als 'kenaf', lijkt sterk op industriële hennep. Standaard wietplanten zijn vaak struikachtig en compact en ontwikkelen vette cola's, maar industriële hennep-cultivars zijn lang, slank en bestaan voornamelijk uit stelen. Fabrikanten gebruiken de robuuste vezels hiervan om diverse producten te maken, zoals papier, touw en bioplastic.

Naast het soortgelijke uiterlijk, dient hennepbladstokroos ook een soortgelijk doel. De plant, die ongeveer 3,5m hoog wordt, behoort tot de familie Malvaceae en staat ook wel bekend als 'Deccan-hennep'. In veel landen, waaronder India, Zuid-Afrika en Thailand, verbouwt men dit vanwege de vezels. Ze maken er vervolgens papier, kleding, isolatiemateriaal, strooisel voor dieren en aardeloze substraten mee. En net als hennepzaden worden de zaden van kenaf ook gebruikt om eetbare olie te produceren. Deze olie is rijk aan gezonde omega-3- en omega-6-vetzuren.

Hennepbladstokroos en hennep hebben ook diverse morfologische overeenkomsten. Allereerst hebben ze beide lange, smalle en houtachtige stelen. Ook de bladeren lijken op elkaar. De blaadjes van kenaf hebben eveneens zeven verschillende bladvingers, hoewel deze ronder en groter zijn dan die van wietbladeren. De planten produceren echter ook witte, gele of paarse klaproos-achtige bloemen die in niets op henneptoppen lijken.

Kenaf komt goed van pas als je wietplanten wilt verbergen. Je hebt daarbij wel voldoende ruimte nodig en je moet je wiet ten zuiden van de kenaf plaatsen om schaduw te voorkomen. Hennepbladstokroos prefereert daarbij zanderige, goed drainerende aarde. Als je kleiachtige grond hebt, voeg dan perliet toe of maak een verhoogd tuinbed dat je met een losser medium vult. Geef de planten rijkelijk water tijdens het seizoen en breng een dikke laag mulch aan om de bodem met organisch materiaal te voeden.

Hennepbladstokroos (Hibiscus cannabinus)
  • Japanse esdoorn (Acer palmatum)

Een Japanse esdoorn is een bekende verschijning in de tuin. Mensen zetten deze soort vaak in de voortuin en veel tuinders maken er met speciale snoeitechnieken prachtige bonsai-achtige bomen van. Als je deze boom aantreft, is de kans groot dat je even in je ogen moet wrijven om te bevestigen dat het geen wietplant is.

Deze boomsoort is ontstaan in Japan, Korea, China, Oost-Mongolië en Zuidoost-Rusland. Mensen domesticeerden de soort vervolgens, waardoor veel verschillende cultivars met unieke bladvormen en kleuren zijn ontstaan. De meeste worden uiteindelijk 6-10m hoog en 5-10m breed. Afhankelijk van de soort hebben de bladeren een donkergroene of donkerrode kleur. De vorm doet echter altijd aan een wietplant denken; door de zeven dunne blaadjes lijken de bladeren vrijwel identiek.

Toch ontwikkelt deze soort een dikke houtachtige stam, waardoor je wel kunt zien dat het geen wiet is. Als je echter meerdere Japanse esdoorns in kleine potten zet, blijven de stammen redelijk slank, waardoor je je geliefde wietplanten er gemakkelijk onopvallend tussen kunt zetten. Wanneer je van plan bent een Japanse esdoorn in je tuin te zetten, kies dan voor een zonnig, redelijk windvrij plekje. En omdat deze boom uit bergachtige gebieden komt, is losse, goed drainerende aarde het beste, met een zure tot neutrale pH van 4,5-7.

Japanse esdoorn (Acer palmatum)
  • Koraalplant (Jatropha multifida)

Jatropha multifida — wat een naam! Deze prachtige plant ziet er net zo exotisch uit als ze klinkt. Dit lid van de plantenfamilie Euphorbiaceae is ontstaan in Mexico en het Caribisch gebied, maar inmiddels vind je haar in tuinen over de hele wereld, van Afrika tot Zuidoost-Azië. En als je deze plant eenmaal bewondert, snap je best waarom ze zo populair is.

De koraalplant is eigenlijk een boom, maar wordt niet groot. De waaierbladeren lijken sterk op die van indica-achtige wietsoorten en ontwikkelen negen kleine bladvingers. Als je deze plant in een gemiddeld grote pot kweekt, blijft ze zelfs net zo groot en breed als een struikachtige indica. Daarmee heb je een ideale optie om je favoriete kruid te verbergen! Jatropha multifida lijkt vooral sterk op de wietplant in de vegetatieve fase, maar dit verandert als ze bloeit. Ze ontwikkelt dan helderrode bloemen die uit het bladerdek steken. Daarmee onderscheidt ze zich toch van eventuele wietplanten die in de buurt staan.

Dit is een tropische plant, dus je moet redelijk dicht bij de evenaar wonen (hardheidszones 10–20) om haar buiten te kweken. Ze vereist vruchtbare aarde die vocht snel afvoert en houdt van de volle zon. Daarbij kan ze redelijk goed tegen ongedierte, maar pas op voor bladluis.

Koraalplant (Jatropha multifida)
  • Kattensnor (Cleome spinosa)

Wil je je wiet verbergen of simpelweg wat pracht en praal aan je tuin toevoegen? Dat zit wel snor met kattensnor! Tijdens de vroege vegetatieve fase lijkt deze plant echt heel erg op wiet. Ze ontwikkelt zevenvingerige bladeren, een donkergroene kleur en slanke takken. Om de planten van elkaar te onderscheiden, moet je echt letterlijk in de plant duiken. Het verschil? Wietbladeren hebben gekartelde randen, terwijl de blaadjes van de kattensnor glad en afgerond zijn.

We geven wel toe dat de kattensnor werkelijk transformeert als ze gaat bloeien. Dan ontwikkelt ze een grote hoofdsteel waar hier en daar een blad uitsteekt. Het gewoonlijk dichte bladerdek van wietplanten ontbreekt hierbij. Tijdens de bloei verschijnen er ook prachtige paarsrode, paarse of witte bloemen in het bovenste deel van de plant.

Deze eenjarige soort bereikt een maximale hoogte van 1,5m en wordt slechts 50cm breed. Voorzie de plant van goed drainerende aarde en een plekje op het zuiden of het westen. Buiten dat is ze niet veeleisend wat betreft de pH en voelt ze zich helemaal thuis in zure, alkalische en neutrale aarde.

Kattensnor (Cleome spinosa)
  • Cassave (Manihot esculenta)

Als je redelijk goed bekend bent met wiet vind je deze vergelijking vast wat vergezocht. Maar voor een leek lijkt het blad van de cassaveplant verdacht veel op dat beroemde blad uit tijdschriften en coffeeshops. Deze houtachtige struik behoort ook tot de plantenfamilie Euphorbiaceae (net als de koraalplant) en komt oorspronkelijk uit Zuid-Amerika. Net als andere planten op deze lijst, heeft cassave zeven bladvingers. Vanwege de duidelijke witte aderen en het wasachtige uiterlijk is deze plant echter gemakkelijker van wiet te onderscheiden dan andere soorten.

Cassave kan zeker helpen om gemiddeld grote wietplanten te verbergen, maar de magie van deze plant zit vooral in de wortels. Het is een meerjarige plant, maar veel boeren kweken het als jaarlijks gewas om de grote knollen aan het einde van het seizoen te oogsten. Deze ondergrondse delen zitten boordevol koolhydraten en lijken behoorlijk op aardappelen als je ze kookt. Je moet echter in een tropisch klimaat leven om de overvloed te ervaren die dit gewas te bieden heeft.

Cassaveplanten bieden de grootste voordelen als je ze in de volle zon en in goed drainerende aarde kweekt. Aan het begin van het seizoen kun je de planten het beste bedekken met een laag organisch materiaal, zoals mulch, om ze van voldoende voedingsstoffen te voorzien.

Cassave (Manihot esculenta)
  • Chinese kuisheidsboom (Vitex negundo)

Over overeenkomsten gesproken! Dit lid van de Lamiaceae-familie is echt een dubbelganger van de wietplant. Wederom vind je de overeenkomsten in de bladeren. Deze kleine boom ontwikkelt slechts vijf bladvingers per blad, maar vanwege de gekartelde randen kun je de blaadjes nauwelijks van die van de wietplant onderscheiden. De soort wordt ongeveer 2-8m hoog, afhankelijk van de omgeving, en komt van nature voor in talloze landen, waaronder Afghanistan, Bangladesh, Bhutan, China en India.

Kun je de Chinese kuisheidsboom ook in je eigen tuin zetten? Natuurlijk, zolang je in de hardheidszones 6 tot 9 woont. Om echt te floreren, moeten de bomen wel beschermd zijn tegen harde wind. Je kunt de jonge exemplaren uiteraard gebruiken als discrete achtergrond voor je wietplanten, maar de wortels, vruchten, bloemen en bladeren van deze boom hebben ook een holistische gebruiksgeschiedenis in Zuidoost-Azië. Dat je het weet!

Chinese kuisheidsboom (Vitex negundo)
  • Japanse hop (Humulus japonicus)

Japanse hop lijkt niet alleen op wiet, maar de twee zijn daadwerkelijk verwant. Beide soorten behoren namelijk tot de familie Cannabaceae, samen met gewone hop, de netelboom en andere soorten. De naam suggereert iets anders, maar ook deze plant is inheems in China, Korea en Vietnam. Toen de plant in Noord-Amerika terechtkwam, voelde ze zich heel erg thuis, maar werd ze ook al snel als invasieve soort bestempeld.

Japanse hop ontwikkelt bladeren die sterk op die van de wietplant lijken. Ondanks de aanwezigheid van zeven bladvingers en gekartelde randen, zijn de blaadjes echter veel breder dan wietbladeren. Ook het groeipatroon komt niet overeen. Deze soort ontwikkelt namelijk geen hoofdsteel, maar gedraagt zich als een klimplant en klimt bij hekwerken en nabijgelegen planten op.

Net als de wietplant produceert deze soort ook trichomen die heerlijke aromatische terpenen uitstralen. Als je Japanse hop wilt kweken, dan staat je een enorme verrassing te wachten (letterlijk). Deze soort schiet namelijk in één seizoen wel 10m de lucht in. Als je het goed doet, kun je Japanse hop door een trellis weven om een levende barrière voor je wietplanten te creëren. Je kunt de soort echter ook in potten kweken om te voorkomen dat het je tuin gaat overwoekeren. Japanse hop voelt zich het gelukkigst in rijke, goed drainerende aarde met 6-8 uur direct zonlicht per dag.

Japanse hop (Humulus japonicus)

Verberg je wiet met deze planten

Dat waren ze dan. Je weet nu dat er diverse soorten bestaan die visuele kenmerken met wietplanten delen. Deze struiken, planten en bomen kun je prima gebruiken om je wiet te verbergen. Het is bijvoorbeeld vrij gemakkelijk om kleine tot gemiddeld grote wietplanten naast een jonge Japanse esdoorn of koraalplant te kweken. En achter een gezonde, grote hennepbladstokroos kun je zelfs een grote sativa-achtige strain kwijt. Maar houd er wel rekening mee dat deze planten niet helpen om de geur van wiet te verdoezelen!

Ben je 18 Jaar of ouder?

De inhoud van RoyalQueenSeeds.nl is alleen geschikt voor volwassenen met de wettelijk geldende volwassen leeftijd.

Wees er zeker van dat je de wet kent van het land waar je woont.

Door op ENTER te klikken, bevestig
je dat je
18 jaar of ouder bent.